zaterdag 27 februari 2010

een lichtgroen vermoeden

Hevig licht zonlicht doorheen lichtblauwe gaten in donkerwolken
                                                                                                    in
                                                                                                    natte dagen
Uitgewaaid
                     als een herfstblad aan het einde van de winter

Positieve temperaturen doet hoop op leven onder hoeden


Merels verkondigen het
in sluimerend ochtendlicht
het donsdeken licht lichter bij zonsopgang
in nieuw licht gevoel overstroomd de aderen

Het winterkoninkje in memoriam tjilpend
alle vroege vogels ophitsen
die in de koelte het park door fietsen
hyacintenstuifmeel opsnuivend

Onbewust een glimlach wenken
en een lichtgroen, nieuw seizoen vermoeden

zondag 21 februari 2010

Zandkastelen

De koning in zijn eigen kerker verbannen

daar, om zijn zoon niet te kunnen
ontmantelen
uien etend en draagt geen kroon
en verdaagt hij traan en toorn

daar, waar naaktheid zonder troon
blootsvoets als naast de slotgrachtdijk
na hevig regenen alles spiegel lijkt
gezeten alsof wachtend zo vroom

Galant draait eromheen
uitgedost in goudgeel
een geloofwaardigheidsbekleder
die rinkelend kleine belletjes en melodieus gefluit
dansant te berde brengt

Het zachte plenzen van lachopwekkende bewegingen
golven uit tot tendensen in helend spelen
als over de golven springen
zonder de omslaande koppen te raken
zandkastelen maken en ze dan
laten aanvallen door naderend water
enkelhoog opspattend
opgedroogd proefde alles zout
huid kleurt goud
waar egaal gewassen
 zacht en onverwacht daar weer
     eb abstract bracht en
waar vloed vervlakte.

Twee manen

Twee manen
elkaars evenbeeld ...
gespiegeld in het watervlak
de wind
            schitterende kringen als
wolken die langzaam             weg-
drijven en weg-
                        ebben
                                  verder weg
                                                   de nacht inslaan...

donderdag 18 februari 2010

uil en spiegel

Een druilerige uil op een spiegellijst kijkt met één oogje scheel naar jou...


Drentelend drempelend

Een zebra op stilletto's steekt de straat over
ze keek niet links , niet rechts
tussen betonnen bomen is het ongevaarlijk

Je draait je om
en in het etalageraam weerspiegel je je
en daar zit hij weer scheef nu want nu je schouders hangen


In lagen behangen op een vochtige muur
dubbele beglazing vervormt je gelaat
bevroren beeld van een waterspiegel figuur

Bij het opvliegen valt je paraplu open die zich in een plotse regenbui vult
“Oehoe…”

“Who ?” : roep je omhoog, mantelpakje, het grijs in.

zondag 7 februari 2010

sepia schapen

Geschapen om te beminnen wat we geschapen hebben
en schapen geven ons wollen dekens in onze handen
we dekken ons eronder
het wordt een lappendekenlandschap
waar zachtjes oldtimers van naad naar naad alsof over wegen bewegen
in sepia
vertraagde tijd verstilt tot een tijdsbeeld gestileerd in een gouddraadmotief.